Held op sokken
Het is een dag als alle andere dagen. Je leest je Bijbel en leest allemaal heftige verhalen. Mensen die hun land moesten verlaten, hun zoon moesten offeren, een vijand moesten verslaan en ga zo maar door. Het zijn heldhaftige verhalen en als ik ze lees ga ik als vanzelf nadenken over mijn eigen leven. Hoe vaak heb ik nou echt iets spannends gedaan omdat God het van mij vroeg? Is mijn christelijke leventje niet veel te makkelijk? Leef ik wel echt met passie voor God? Zou ik gaan als God me zo'n opdracht gaf?
Vandaag wil ik je meenemen in het eerste deel van Hebreeën 11. Hebreeën 11 bevat een soort opsomming van allerlei mensen en de bijzondere dingen die ze uit het geloof hebben gedaan. Ik ga ze niet allemaal bij langs, maar licht er een paar uit. Mocht je ze allemaal willen lezen, dan weet je ze nu te vinden!
Noach
Het verhaal van Noach kennen we allemaal. Toch lezen we even wat er over hem gezegd wordt:
"Door het geloof heeft Noach, toen hij een aanwijzing van God ontvangen had van de dingen die nog niet te zien waren, uit ontzag voor God de ark gebouwd, tot redding van zijn gezin. Daardoor heeft hij de wereld veroordeeld en is hij een erfgenaam geworden van de rechtvaardigheid die overeenkomstig het geloof is." Hebreeën 11:7, HSV
Noach kreeg de opdracht om een enorme boot te maken. Op een plek die niet bepaald dicht bij de zee lag en in een tijd dat ze geen trucks hadden waarmee een boot kon worden vervoerd. Vanuit een menselijk perspectief is het totaal onnozel! De mensen hebben gedacht dat Noach gek was! Maar God besloot op deze manier gelovige mensen te redden zodat Hij verder kon met Zijn grote plan. Alleen door het geloof heeft Noach God gehoorzaamd. Hij had ontzag voor God! Vanuit dat ontzag kon hij niet anders dan al zijn bezigheden neerleggen en gehoorzamen. Mensen hebben hem uitgelachen en met hem gespot, maar Noach gaf niet op. Hij bouwde verder zonder een enkel wolkje te hebben gezien
Abraham en Sara
"Door het geloof is Abraham, toen hij geroepen werd, gehoorzaam geweest om weg te gaan naar de plaats die hij tot een erfdeel ontvangen zou. En hij is weggegaan zonder te weten waar hij komen zou. Door het geloof is hij een inwoner geweest in het land van de belofte als in een vreemd land en heeft hij in tenten gewoond, met Izak en Jakob, die mede-erfgenamen waren van dezelfde belofte. Want hij verwachtte de stad die fundamenten heeft, waarvan God de Ontwerper en Bouwer is." Hebreeën 11:8-10
Abraham werd geroepen om weg te gaan uit zijn woonplaats, naar een plek die hij niet kende die hij als erfenis zou krijgen. Hij had geen idee waar hij heenging en of dat een goede plek was om te wonen. Hij kon geen retourtje boeken om eerst even een kijkje te nemen. Hij kon geen connecties appen om te vragen of ze daar iemand kenden. Samen met zijn familie trok hij weg om vervolgens in tenten in een vreemd land te wonen. Zijn aardse woonplek was voor hem ondergeschikt, omdat hij zich richtte op de hemelse stad. Hij zag wat het werkelijke doel van zijn leven was.
"Door het geloof heeft ook Sara zelf kracht ontvangen om zwanger te worden en een kind te baren, ondanks haar hoge ouderdom, omdat zij Hem getrouw heeft geacht Die het beloofd had. Daarom zijn er zelfs uit één man en dat uit iemand wiens kracht al gestorven was, zovelen geboren als de sterren van de hemel in menigte en als het zand op het strand van de zee, dat niet te tellen is." Hebreeën 11:811-12, HSV
God had aan Sara beloofd dat zij een kind zou ontvangen. Ze was al oud. Menselijk gezien zou ze niet zwanger kunnen worden. En als ze al zwanger zou worden, zou het de vraag zijn of zij en de baby de zwangerschap wel zouden overleven. Maar ze wist dat God trouw was en ontving kracht om zwanger te worden en van een baby'tje te bevallen. Zo is Gods belofte vervuld en kreeg Abraham een groot nageslacht dat niet te tellen was!
"Door het geloof heeft Abraham, toen hij door God op de proef gesteld werd, Izak geofferd. En hij, die de beloften ontvangen had, heeft zijn eniggeborene geofferd. Tegen hem was gezegd: Dat van Izak zal uw nageslacht genoemd worden. Hij overlegde bij zichzelf dat God bij machte was hem zelfs uit de doden op te wekken. En hij kreeg hem als het ware daaruit ook terug." Hebreeën 11:17-19, HSV
Dan denk je: nu is het zoals God het wil. Je bent verhuisd naar een vreemd land, je hebt jarenlang gewacht op een zoon en hebt hem ein-de-lijk ontvangen en dan vraagt God je om die ene zoon van jou - waardoor je een groot nageslacht zou krijgen - te offeren. Offeren? Jup... Je zoon op een altaar vastbinden en het hout aansteken. Er is geen enkele liefhebbende ouder die dat voor zijn plezier zou doen! En toch deed Abraham het! Niet omdat hij niet van zijn zoon hield, maar omdat hij vertrouwde dat God zou doen wat goed was en dat God Izak zelfs uit de dood kon opwekken. Wat een geloof!
"Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet. Hierdoor immers hebben de ouden een goed getuigenis gekregen. Door het geloof zien wij in dat de wereld tot stand gebracht is door het Woord van God, en wel zo dat de dingen die men ziet, niet ontstaan zijn uit wat zichtbaar is." Hebreeën 11:1-3 HSV
Mozes en zijn ouders
"Door het geloof werd Mozes, toen hij geboren was, drie maanden lang door zijn ouders verborgen, omdat zij zagen dat het een heel bijzonder kind was. En zij waren niet bevreesd voor het bevel van de koning." Hebreeën 11:23, HSV
Als laatste wil ik kijken naar het verhaal van Mozes. Ik bedoel het niet oneerbiedig, maar eigenlijk werd hij op precies het verkeerde moment en met het verkeerde geslacht geboren. De farao had namelijk geboden om alle jongetjes die geboren werden in de Nijl te gooien om ze te doden. Mozes' ouders moesten hem in de Nijl werpen, maar verborgen Mozes drie maanden lang. Ze zagen dat hij een bijzonder kind was. Tegelijkertijd was het gewoon een baby, een baby die soms huilt en krijst. Als Mozes ontdekt zou worden, hadden ze grote problemen gehad! Toch kozen Mozes' ouders ervoor hem te verbergen. Ze waren niet bang voor de farao, ze dienden een koning die veel groter en machtiger was! Uiteindelijk werd Mozes gevonden door de dochter van de farao en op latere leeftijd mocht hij aan het hof wonen.
"Door het geloof heeft Mozes, toen hij groot geworden was, geweigerd een zoon van de dochter van de farao genoemd te worden. Hij koos ervoor liever met het volk van God slecht behandeld te worden dan voor een ogenblik het genot van de zonde te hebben. Hij beschouwde de smaad van Christus als grotere rijkdom dan de schatten in Egypte, want hij had het loon voor ogen. Door het geloof heeft hij Egypte verlaten zonder bevreesd te zijn voor de toorn van de koning. Want hij bleef standvastig, als zag hij de Onzichtbare. Door het geloof heeft hij het Pascha ingesteld en het besprenkelen met het bloed, opdat de verderver van de eerstgeborenen hen niet zou treffen. Door het geloof zijn zij door de Rode Zee gegaan als over het droge. Toen de Egyptenaren dat ook probeerden te doen, zijn ze verdronken." Hebreeën 11:24-29, HSV
Mozes werd door de dochter van de farao tot zoon genomen. Mozes wilde echter absoluut niet zo genoemd worden. Hij had een luxe leventje aan het hof, maar gaf dat op door op te komen voor zijn volk dat onder dwang moest werken voor de Egyptenaren. Hij zag het loon dat God heeft voor de gelovigen en strekte zich daarnaar uit. Hij was niet bang voor de farao, want hij zag wie God was. Zo redde God het volk uit de hand van de farao.
Wauw!
Als ik het lees denk ik: die mensen hadden
vast een geweldige relatie met God! Zij moeten heel bijzonder zijn
geweest! Als ik het lees voel ik me een soort held op sokken, als ik me
al een held voel... Maar deze mensen zijn mensen zoals jij en ik. Mensen
die heel vaak denken: nou liever niet God, of: dat ga ik dus echt niet
doen! Om Sara even als voorbeeld te nemen... zij lachte eerst om wat God
beloofd, ze geloofde er niks van! Later lachte ze omdat ze zo enorm
blij was met haar zoon. Haar hart was veranderd, ze wist dat God trouw
was.
“En de apostelen zeiden tegen de Heere: Vermeerder ons het geloof. En de Heere zei: Als u een geloof had als een mosterdzaadje, zou u tegen deze moerbeiboom zeggen: Word ontworteld en in de zee geplant, en hij zou u gehoorzamen.” Lukas 17:5-6, HSV
Al deze mensen hebben een verschil gemaakt. Niet door dingen die zij zelf hebben bereikt, maar alleen door te geloven en hun leven in vertrouwen aan God te geven. Je hebt geen bijzonder groot geloof nodig voor God grote dingen in jou kan doen! God vraagt van je dat je Hem leert kennen en dat je beschikbaar bent. Hij maakt het onmogelijke, mogelijk!
Verder op reisHeeft God jou wel eens zo'n opdracht gegeven of zo'n belofte gedaan? Hoe reageerde je daarop? Wat zegt dat over hoe je over God dacht?
Hoe zie jij God op dit moment? Geloof je dat Hij te vertrouwen is? Waarom wel of niet?
Volgende week wil ik graag samen kijken naar het laatste deel van Hebreeën 11. Ook daarin zitten verbijsterende verhalen en bijzondere lessen!